C.A.T4 en Genny4: lokalisatiemethoden 2

Volgen Avatar Anthony Caplin
Updated : Created :
In this article

Zendtangen

Met behulp van een optionele zendtang wordt een Genny4 signaal veilig overgebracht op een leiding of (stroomvoerende) kabel met een diameter tot 215 mm, zonder het netwerk daarvoor buiten werking te hoeven stellen. Zendtangen zijn niet geschikt voor omsluiting van lantaarnpalen.

Sluit de zendtang aan op de accessoire-aansluiting van de Genny4. Klem de tang om de leiding of kabel en zorg ervoor dat de tang goed sluit. Zet de Genny4 aan. Open en sluit de klem. Als de klem goed sluit, verandert de toonhoogte.

Aarden van de Genny4 is niet nodig, maar de signaaloverdracht is alleen efficiënt als de geleider aan beide zijden geaard is. Bij stroomkabels is dit meestal het geval.

 

Gebruik de C.A.T4 om het gebied te scannen voor de doelpijpleidingen of kabels (zie ‘Lokaliseren met C.A.T4’).

 

INDUCTIE

Inductie is een eenvoudige en snelle manier om het Genny4-signaal over te brengen op een leiding of kabel als direct aankoppelen of het gebruik van een zendtang niet mogelijk is.

Place the Genny4 over the assumed position of the conductor and in-line with its assumed direction. Move at least 10m away and use the C.A.T to scan for pipes and cables (see ‘Locating with C.A.T4’). Working too close to the Genny4 may give false readings as the C.A.T4 will detect airborne signals directly from the Genny4 rather than the target line. For best results, repeat the scan with the Genny facing at 90˚ to the first scan position.

signal induction

Lokaliseren met C.A.T4

C.A.T EN GENNY FUNCTIETEST

warning iconRadiodetection adviseert u dagelijks de C.A.T4 en Genny4 te testen voor het gebruik.

  • Leg de Genny op de grond, schakel deze in en controleer op een hoorbaar geluid. Indien u geen geluid hoort of het waarschuwingslampje voor laag batterijniveau knippert, dient u de batterijen voor gebruik te vervangen.
  • Schakel de C.A.T in door de trekker in te drukken en te controleren op een eerste 'piep'. Een lage toon geeft aan dat de batterijen bijna leeg zijn. Als u geen geluid hoort, vervangt u de batterijen vóór gebruik.
  • Draai de C.A.T functieschakelaar en controleer of de juiste letter wordt weergegeven in iedere positie van de schakelaar.
  • Zet de C.A.T op Genny stand op maximale gevoeligheid, houd deze naast de Genny, met het vlakste gedeelte van de behuizing parallel aan de grond en controleer of de C.A.T de Genny tot op 15 m afstand kan detecteren met een duidelijk hoorbaar geluid.