16. Geeft de signaalsterkte en piekmarkering aan.
17. Signaalsterkte: Numerieke weergave van signaalsterkte.
18. Geleidepijltjes nul/proportioneel: Geeft de locatie weer van de lijn, ten opzichte van de ontvanger.
19. Pictogram batterij: Geeft het batterijniveau aan
20. Versterking en lognummer: Geeft even het lognummer weer nadat een onderzoeksmeting op het geheugen is opgeslagen
21. Pictogram volume: Geeft het volumeniveau weer
22. Pijlen stroomrichting (CD).
23. Radiomodus: Geeft aan of de radiomodus actief is.
24. Stroommodus: Geeft aan of de stroommodus actief is.
25. Indicatie accessoires: Geeft aan wanneer een accessoire is aangesloten
26. Pictogram SR-modus: Geeft aan of de CD-modus actief is.
27. Pictogram A-Frame: Geeft aan of het A-Frame is aangesloten.
28. Indicator Bedieningsmodus.
29. Pictogram Bluetooth: Geeft de status van de Bluetooth-verbinding weer. Een knipperend pictogram betekent dat het koppelen wordt uitgevoerd. Een continue weergegeven pictogram geeft aan dat er een verbinding actief is.
30. Pictogram Antennemodus: Geeft antenneselectie weer: Piek, nul, piek+ en geleidingsmodus .
31. Sondepictogram: Geeft aan dat de signaalbron afkomstig is van een sonde.
32. Pictogram Lijn: Geeft aan dat de signaalbron afkomstig is van een lijn
33. Kompasindicator: Geeft de richting van de gelokaliseerde kabel weer ten opzichte van de ontvanger.
34. Tx-status (bij Bluetooth-Tx-modellen): Communicatiestatus zender – bevestigt succesvolle communicatie met iLOC.
35. Tx-standby (bij Bluetooth-Tx-modellen): Geeft aan dat de zender in Standby-modus staat.
36. Indicator Stroom / diepte
37. Pictogram GPS-status (alleen GPS-modellen): Eén streep geeft aan dat de GPS actief is. Drie balken geeft aan dat de GPS op het GPS-satellietsysteem is gelockt
38. Pictogram Signaalkwaliteit GPS (alleen GPS-modellen): Geeft de kwaliteit aan van het ontvangen signaal
|